2021-141: Doorontwikkeling verdiepingsdiagnostiek
Doelgroep
Forensische cliënten met psychiatrische- en/of verslavingsproblematiek waarvoor in opdracht van reclasseringsmedewerkers een adviesrapport moet worden opgesteld over recidiverisico en behandelontvankelijkheid.
Nieuwe ontwikkelingen
Medio 2014 is mede op basis van een uitgebreide literatuurscan, consultaties bij 3RO en forensisch deskundigen en pilots een protocolverdiepingsdiagnostiek opgesteld en aangeboden aan de Programmacommissie KFZ. Het voorlopige protocol kreeg in 2017 een update vanuit een samenwerking van de twee aanvragers van het onderhavige project met van der Meer van Parnassia. Sinds dit moment is een aantal zaken veranderd in Nederland waardoor het protocol opnieuw een update behoeft.
Allereerst is binnen de reclassering de ZSM aanpak meer ingeburgerd geraakt, is de reclassering meer op maat gaan rapporteren, is de Reclassering Nederland een samenwerkingsverband aangegaan met De Waag en heeft de reclassering van de SVG de banden met de interne forensische zorg meer aangehaald. Het is van belang om het protocol verdiepingsdiagnostiek te leggen naast deze veranderingen. Daarnaast zijn er een aantal nieuwe wetten in werking getreden, zoals de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) en de Wet forensische zorg (WFZ). Ook is het project vrijheidsbeneming op maat (VOM) in 2019 gestart en heeft de forenssiche zorg zich in alle sectoren verder ontwikkeld en is er sprake van een doorontwikkeling van eisen ten aanzien van (psychologische) meetinstrumenten.
In dit project wordt onderzocht in hoeverre de ontwikkelingen van invloed zijn op het protocol verdiepingsdiagnostiek. Bovendien wordt in dit project onderzocht in hoeverre gebruik werd gemaakt van het protocol en of in het protocol verbeteringen mogelijk zijn vanuit aanbevelingen vanuit de praktijk.
Resultaten
Uit het respondentenonderzoek is naar voren gekomen dat de werknemers van de bevraagde reclasseringsorganisaties en forensische poliklinieken positief zijn over de functie die VD vervult. Het korte tijdsbestek waarin VD-onderzoeken worden uitgevoerd draagt bij aan een snelle en adequate hulpverlening voor cliënten. Daarnaast zijn drie aandachtspunten naar voren gekomen. Ten eerste is het niet altijd duidelijk voor de medewerkers van beide instellingen wanneer een VD-onderzoek moet plaatsvinden. Ten tweede heeft het nieuw ingerichte coördinatiepunt van de reclassering na de opstart gezorgd voor problemen in de onderlinge communicatie. Ten derde worden veel VD-onderzoeken en rapportages niet binnen de afgesproken termijn van vier weken aangeleverd. Hiertoe is een aantal aanbevelingen gedaan, waarvan de voornaamste het vergroten van de naamsbekendheid van het protocol verdiepingsdiagnostiek is. Dit kan zorgen voor meer duidelijkheid over welke problematiek niet geschikt is voor VD. Uit de beoordeling van de wetten is naar voren gekomen dat het protocol een tweetal kleine aanpassingen behoeft. Op het gebied van diagnostische testen is een aantal wijzigingen aangebracht.
Uitvoerende partij
De samenwerking bestaat uit Hanzehogeschool Groningen, Verslavingszorg Noord Nederland, Universiteit van Tilburg en Fivoor.