2019-120: Evaluatie en inventarisatie behoeften LVB-populatie in de forensische zorgverlening: kennisagenda
Doelgroep
GGZ instellingen, VG instellingen en RIBW instellingen die forensische zorg leveren, of die cliënten met een LVB opnemen die uit de forensische zorg uitstromen.
Kennisagenda voor forensische cliënten met een LVB
In 2014 is een inventarisatie opgesteld met onderzoeksonderwerpen voor de forensische zorg voor cliënten met een licht verstandelijke beperking (LVB). Nu een groot aantal van de onderzoeksonderwerpen door projecten, gefinancierd door het KFZ is opgepakt is het moment gekomen om achteruit én vooruit te kijken: hebben de projecten opgeleverd wat er van verwacht werd? Zijn er achteraf, met de kennis van nu, lacunes te constateren? Wat zijn de wensen voor de doelgroep voor de komende vijf jaar?
Middels het opstellen van een kennisagenda voor de komende vijf jaar worden zowel vragen van de werkvloer, als de thema;s in wetenschappelijk onderzoek, gebundeld tot een prioriteringslijst. Doel hiervan is het komen tot een kennisagenda voor forensische cliënten met een LVB die breed gedragen wordt door het veld. Tot het veld behoren GGZ instellingen, VG instellingen en RIBW instellingen die forensische zorg leveren, of die cliënten opnemen die uit de forensische zorg uitstromen. De onderzoeksvragen die in de kennisagenda zijn opgenomen worden geprioriteerd waarbij het vooral van belang is draagvlak, samenhang en de verbinding te zoeken, zodat de belangrijke onderzoeksthema's breed gedragen worden. Naast onderzoeksvragen worden ook implementatievragen geïnventariseerd.
Resultaten
In vier fasen is in kaart gebracht welke vragen er zijn voor de KFZ-kennisagenda 2021-2025. In de eerste fase zijn mensen bevraagd die in de afgelopen 5 jaar betrokken waren bij een call van KFZ. In de tweede fase zijn experts uit het veld gevraagd om online aan te geven welke onderwerpen, onderzoeksvragen en thema’s belangrijk zijn voor de komende jaren op het gebied van wetenschappelijke kennis, wat de wensen van de doelgroep zijn, en wat de werkvloer zal helpen. Tijdens de derde fase zijn de kennis- en praktijkhiaten geprioriteerd en voorgelegd aan een ruime vertegenwoordiging vanuit het veld, inclusief cliëntvertegenwoordiging. In de vierde fase kwam de kennisagenda tot stand.
De verschillende fasen in het onderzoek hebben 23 hoofdvragen opgeleverd verdeeld over vragen tussen meerdere organisaties, vragen tussen twee organisaties en vragen over de zorg binnen een organisatie. Daarbinnen zijn diverse thema’s te onderscheiden, zoals keten, doorstroom en uitstroom, het inrichten van de behandeling en het meten van het resultaat en handvatten voor professionals. De hoofdvragen betreffen zowel kennis- en onderbouwingsvragen als praktijkvragen en ook een combinatie hiervan. Bijvoorbeeld de kennisvraag “Welke vaardigheidstekorten komen vaak voor bij forensische cliënten met een LVB?” wordt vervolgd door een praktijkvraag: “Werk vervolgens concrete handvatten uit om cliënten effectief en efficiënt vaardigheden aan te leren die vaak tekortkomen.”
Door een diversiteit aan experts, cliënten of cliëntvertegenwoordigers te betrekken uit het veld van GGZ, VG, beschermd wonen en maatschappelijke opvang en de forensische zorg zijn er onderzoeksvragen geformuleerd die betrekking hebben op verschillende aspecten van de zorg voor forensische cliënten met een LVB.
Uitvoerende partij
Stichting Expertisecentrum SGLVG De Borg in samenwerking met: VGN en de leden van de VGN die forensische zorg leveren en het Kennisplein VGN, GGZ Nederland, en de leden die forensische zorg leveren, leden van Valente die forensisch wonen en opvang leveren, het kenniscentrum LVB, de Radboud Universiteit, de Universiteit van Amsterdam en Tranzo.